08-02-2015

Miskolc, dag vijf en zes

Deze keer niet vanuit de theaterkantine, maar zittend in een touringcar tussen Miskolc en Budapest.
In Nederland is Vroege Vogels net begonnen en ik zit tussen een groep Nederlandse en Poolse zombies in een bus. Niet iedereen stond fris gewassen en bepakt klaar om te vertrekken. Voor sommige moest er uitgebreid op de deur gebonkt worden, een enkeling had daar zelfs niet genoeg aan. Verschil in stijl. Op zo'n tripje merk ik opnieuw dat ik echt tot de Noord-Europeanen behoor. Het laat maar waaien en alles komt wel goed principe is niet zo aan mij besteed. Als ieder zijn eigen verantwoordelijkheid in een groep neemt, maakt het dat voor iedereen makkelijker.

Het zit er bijna op, nu alleen nog een dag reizen, hopelijk tegen het avondeten weer in Nijmegen.
Missie geslaagd. De hele week was natuurlijk een aanloop naar gister. Er moest gewerkt worden.
En dat lukte. Op tijd begonnen en geen idee wat ik kon verwachten. Iedere keer toch weer spannend op een plek die ik niet ken en een stevige taalbarrière. De mannen waren, volgens afspraak, al volop aan het werk toen we binnenkwamen. Tribunes stonden klaar, de vloer lag, de metalen kubus stond er. Zoals gepland konden we direct beginnen met het licht. Drie jongens stonden klaar om aan te pakken. Ze bleken zelfs, tegen de afspraak in, een beetje Engels te spreken. Ouwe meuk aan kabels en lampen, maar alles deed het.


Soepel ging het licht er tegelijk in met de videoprojectoren. Omdat we in het Nederlands en gedeeltelijk Engels speelden moest er een boventiteling komen. Onze dramaturg had de klus om die te maken en door te drukken. Dat ging soepel. Meestal geeft video in een voorstelling gedoe. In deze hadden we twee schermen met boventiteling en een projector aan een camera op de vloer. De kans op vertraging was dus maximaal. De locals knoopten alles aan elkaar en het werkte. In een keer. Fijn, dat scheelt. Rond lunchtijd was de basis af, alles gesteld, gesoundcheckt. De lichtsoftware dreigde even roet in het eten te gooien, maar spoedoverleg met Nederland voorkwam dat. We hadden zelfs nog tijd voor een technische doorloop. 

De eerste voorstelling trok nogal wat Hongaren die geen Engels verstonden. De reacties op hun gezichten spraken evenwel boekdelen. Een scala aan emoties kwam tijdens de laatste scene voorbij. Een meisje zat demonstratief bijna een kwartier lang met het programmaboekje voor haar gezicht. Haar moeder die ernaast zat vond dat belachelijk en maakte dat, geluidloos, een paar keer duidelijk. Naast ons zat een jongen, beetje bleu type, die begon te glimmen toen een blonde actrice haar onderbroek uit moest doen. Op het puntje van zijn stoel volgde hij wat er gebeurde. Enkele minuten later had hij ook door dat het alleen maar heel ongemakkelijk was en erger werd. Je zag hem krimpen. Ik had bijna met hem te doen. In tegenstelling tot in Leiden bleef iedereen zitten tot het einde. Het schijnt hier echt not done te zijn om weg te lopen.

Voor de tweede voorstelling werd besloten om de scene die niet ondertiteld werd aan het einde, die ongemakkelijke, live te laten vertalen in het Hongaars. Het idee dat teveel mensen niet genoeg begrepen van de Engelse tekst, was belangrijker dan de concessies die op deze manier aan het stuk gedaan moesten worden. Het werkt evenwel prima. Zo goed dat er negen mensen wegliepen. Toch. Niet alleen Hongaren. De manier van theater maken zoals dat door ons gedaan werd was duidelijk nog niet helemaal doorgedrongen daar. De stukken die ik zag waren, net als de voorstellingen die anderen zagen, erg ouderwets. Traditioneel is misschien een betere term. Of saai, ja, da's een goeie term. Logisch dat als je in die traditie zelf theater maakt, dit als schokkend en provocerend ervaren wordt. Die termen kwamen achteraf nogal eens voorbij. Waren we opeens met ontwikkelingswerk bezig hier.


Samen met de mannen van het theater alles weer afgebroken en ze uitgebreid bedankt. Leuk volk wat hun vak verstaat. Als toetje nog een paar foto's van de zaal gemaakt. Tijdens onze voorstellingen zag je daar niks van omdat het brandscherm dicht was om op te projecteren. Tijdens het bouwen was het het mooiste zijtoneel wat ik ooit zag.
Na afloop opnieuw naar dat appartement waar we de eerste avond ook zaten. Opnieuw geen ventilatie en niemand die een beetje fatsoenlijk Engels sprak. Na een biertje verzonnen dat ik liever in mijn eentje de goede afloop van de dag wilde vieren. Taxi!


Ik vertrok met een stevige verkoudheid aan het begin van de week. Die lachte zich kapot met de omstandigheden. Ongeventileerde, bloedheet opgestookte ruimtes afgewisseld met snijdende vrieskou. Bevriezend zweet is verkoudheid's grootste vriend. Ik snotter nog even door en ga wat bijkomen van wat een aangenaam avontuur genoemd kan worden. 







 Na de eerste voorstelling maakte ik in een paar minuten 
een serie portretten van onze spelers zoals ze in de voorstelling er uit zagen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten