31-01-2013

Verkeerd verbonden

In een vorig leven woonde ik in een huis met 25 andere bewoners.
En 24 katten. De katten waren overigens niet van mij. Of mijn keuze.
Dat vorige leven was in de tijd dat er geen mobiele telefoons waren.
(Oh kinders, gezellig, schuift aan bij de haard, Opa vertelt uit de oude doos)
We deelden samen een telefoon in de gang. Een metalen kast met hamerslag lak en een automaat erin voor kwartjes. (dagelijks kwartjes uit de portemonnee, in een potje voor de telefoon doen, om nooit zonder te zitten) Kwartje op, gesprek klaar. Beltegoed anno 1990.

Als iemand je belde, en je had de mazzel dat je a) Thuis was, b) Iemand de telefoon hoorde overgaan, c) Naar je deur kwam lopen en aanklopte, d) Tegen die tijd het beltegoed van degene die je vanuit een telefooncel probeerde te bereiken niet op was e) Je kon bellen.

Jarenlang ging het goed, tot een onverlaat een breekijzer achter de telefoon zette en het hele ding, met keilbouten en al jatte. Waarschijnlijk voor de kwartjes er in. Al snel werd duidelijk dat de schat van een huisbaas geen zin had een nieuwe telefoon te verzorgen. ("Flikker maar op, da's jullie probleem".)  
En dat ook een gezamenlijk initiatief er niet zou komen. (Blut, geen geld, en ik bel eigenlijk zelf nooit...) 
Dus binnen een paar weken was de eerste privéaansluiting een feit.

En binnen een jaar had zo'n beetje ieder zijn of haar eigen lijn. Behalve een paar echt trieste gevallen, die hadden wel een lijn, maar niet om mee te bellen. De mannen die namens de PTT kwamen om dit aan te leggen waren niet allemaal even secuur met het trekken van de kabels. Dus tegen de tijd dat ik daar vertrok zag de gang er uit als op de foto hieronder. Een paar weken geleden kwam ik met een avondwandeling langs het pand en het viel me op dat alle knopjes voor de deurbellen verdwenen waren. Blijkbaar ook gejat of gesloopt. Maar iedereen heeft nu natuurlijk een telefoon waar je naar kan bellen.

 telefoonkabelmacramĂ©

Geen opmerkingen:

Een reactie posten