06-07-2015

Queeste

Terwijl den koop'ren ploert traag huiswaarts keerde, vervolgde ik mijn tocht.
Wat aanving als een regulier bezoek, veranderde geleidelijk in een onverwachte queeste.
Ik baande mij een weg door het allengs hoger groeiende kreupelhout. Waar in de winter de flora nauwelijks een duim hoog staat, kwam het deze avond her en der boven schouderhoogte uit. De keuze een lange pantalon te dragen bleek een verstandige. Distels, brandnetels en andere scherpe soorten wisten zich door de stof heen te manifesteren. 
Mocht ik nog ooit thuis geraken, dan zal de aanblik van mijn onderbeen geen fraaie zijn. Muskietachtigen cirkelden om mijn gelaat, als paardenvliegen om hun excrementen.



De paden werden nauwer en de begroeiing hoger. Nergens vond ik waar ik voor kwam. De zon naderde reeds de horizon en er was nog steeds geen paard in zicht. Ik besloot mijn geluk te beproeven aan de waterkant. Op warme dagen wil de kudde daar wel verkoeling zoeken. Tot driemaal moest ik op mijn stappen terugkeren omdat doorgang richting waterkant onmogelijk geworden was. De distelhagen waren me te machtig. Aan het water bleken geen paarden maar slechts enkele recreanten te verpozen.  Overigens in poses die zij vast niet op de gevoelige plaat vastgelegd wilden zien worden.


Bijna staakte ik mijn reis en legde me neer bij het mislukken van deze onderneming, tot ik tussen het Sint Jakobskruiskruid de zwarte manen van een hengst ontwaarde. Mijn doorzettingsvermogen was op de proef gesteld, maar werd nu beloond door de rustig grazende kudde. Gewillig poseerden zij tegen een oranje kleurende avondlucht. 
Doel volbracht. Nu enkel zelf nog voor de duisternis volledig is, huiswaarts keren. 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten